Luchtvochtigheid en temperatuur zijn van invloed op hittestress

Thi index hittestress bij koeien vierkant detail

Hittestress is een probleem dat zich alleen op tropische dagen voordoet? Nee, hoor. Een hoge temperatuur is slechts één van de oorzaken. Ook bij gematigde temperaturen, maar wel een hoge luchtvochtigheid kan schade door hittestress ontstaan. Dus ook in een typisch Nederlandse zomer vraagt hittestress je aandacht.

Hittestress ontstaat als koeien de lichaamswarmte onvoldoende kunnen afgeven aan de omgeving. Hoe goed ze daarin slagen is afhankelijk van de combinatie van temperatuur, luchtvochtigheid en luchtsnelheid. Hoe vochtiger de lucht hoe meer moeite het een koe kost om de warmte kwijt te raken. Zelfs bij 20graden Celsius kunnen dan al problemen ontstaan met de warmteafgifte. De koeien reageren daarop door minder te gaan vreten met alle nadelige gevolgen van dien.

Eerder schade dan je denkt

In het schema met de Temperature Humidity Index (THI) kun je eenvoudig aflezen wanneer hittestress optreedt. Dat gebeurt bij een waarde vanaf 72 en ernstige schade treedt op bij een waarde van 90 of hoger. Zoals je ziet ondervindt een koe bij 24 graden Celsius en bij een relatieve luchtvochtigheid van 40 procent, wat relatief laag is, al nadelige gevolgen. Bij een luchtvochtigheid van 65 procent is er al daadwerkelijk sprake van schade door hittestress. Dan moet je denken aan terugval in melkproductie, afname van conditie en een verminderde vruchtbaarheid. Jan Willem van den Bosch, specialist rundvee bij Agrifirm, legt uit: “Een THI-waarde van 72 wordt al snel bereikt, misschien wel sneller dan je denkt. Dat zie ik terug op bedrijven waar stalventilatoren zijn afgeregeld op de THI-index in plaats van temperatuur. Die draaien vaak volop als je gevoelsmatig denkt dat het wel meevalt. Meet daarom eens de temperatuur en de luchtvochtigheid in de stal om de proef op de som te nemen.”

THI Temperatuur Luchtvochtigheid IndexZorg voor energierijk rantsoen

Om te zorgen dat de koeien toch voldoende energie binnenkrijgen, adviseert Van den Bosch om het rantsoen in de zomermaanden aan te vullen met een pensbestendig vet. Producten met een hoog aandeel C16-vetzuren houden de melkproductie en de gehaltes op peil. Door het hoge smeltpunt is het ideaal om in de brok mee te persen, maar de veehouder kan het vet ook los bijvoeren, bijvoorbeeld in de voermengwagen. Zo verhoog je eenvoudig de energiewaarde van het voer waardoor een koe met elk hap meer energie opneemt en ook bij een verminderde voeropname toch voldoende energie binnenkrijgt. Een ander voordeel van pensbestendige vetten is dat de vetzuren direct voor de koe beschikbaar zijn en er nauwelijks warmte vrijkomt bij de vertering, zoals bij andere energierijke voeders. Bovendien loop je minder risico op pensverzuring, wat bij het verhogen van de krachtvoergift wel het geval is.

Kies het juiste vet

Wat het meest geschikte pensbestendige vet is, hangt af van de bedrijfssituatie en de doelstelling van de melkveehouder. Zo kun je sturen op melkproductie, vetgehalte, conditie van de koeien of een combinatie daarvan. De vetzurensamenstelling bepaalt welk product het beste aansluit bij de bedrijfsdoelstellingen en bij de verschillende lactatiestadia. Kies dus niet zomaar een willekeurig pensbestendig vet, maar overleg met je voeradviseur bij welke extra vetzuren je koeien het meest gebaat zijn.

Stimuleer voeropname

Behalve de problemen met de warmteafgifte ziet Van den Bosch ook dat de luchtvochtigheid de voeropname nadelig beïnvloedt doordat er eerder broei optreedt in het voer. “Dit gaat ten koste van de smakelijkheid en de voeropname. Dit is een extra oorzaak voor het ontstaan van een energietekort.” Voor het voorkomen van broei biedt het toevoegen van een broeiremmer als Eco TMR uitkomst. Dit middel bevat natriumpropionaat en kaliumsorbaat die de ontwikkeling van gisten en schimmels remmen. Dit voorkomt broei aan het voerhek en afbraak van voedingsstoffen en drogestofverlies. Daarnaast zorgt een broeiremmer ervoor dat rantsoen langer vers en smakelijk blijft. Dus het voer bevat meer voedingswaarde én de koeien nemen er meer van op. Die combinatie vermindert de kans op schade door hittestress.