Zeven overwegingen bij het selecteren en voeren van vetsupplementen

Koeien in de wei  detail

Nieuw onderzoek naar de invloed van individuele vetzuren op de prestaties van koeien laat zien dat er veel te winnen valt door vet niet langer alleen maar te zien als een geconcentreerde energiebron, aldus Dr. Richard Kirkland, Global Technical Manager voor Volac Wilmar Feed Ingredients.

"Door inzicht te krijgen in de vetzuren waaruit een vetsupplement bestaat en hoe ze de verdeling van voedingsstoffen beïnvloeden, kunnen melkveehouders sturen hoe ze de prestaties van de veestapel willen verbeteren, zoals melkgift, melkvetgehalte, conditie (BCS) en vruchtbaarheid", legt Dr. Kirkland uit.

Hieronder geeft hij een overzicht van zeven overwegingen voor melkveehouders bij de keuze van vetsupplementen:

 1. Denk in vetzuren - niet in vet

Er zitten vijf belangrijke vetzuren in het rantsoen van herkauwers, die elk op een andere manier door het dier worden benut. Recent onderzoek was gericht op C16:0 (palmitinezuur) en C18:1 (oliezuur) vetzuren en hun invloed op de prestaties van koeien tijdens de verschillende stadia van de lactatie.

C18:1 verbetert de verteerbaarheid van alle vetten in het rantsoen, waardoor de energietoevoer toeneemt. Het verhoogt ook productie van het hormoon insuline, dat helpt bij de verdeling van voedingsstoffen om de conditie te verbeteren. Het is daarom gunstig dit vetzuur te voeren in het begin van de lactatie. Van C18:1 is ook bewezen dat het de vruchtbaarheid bevordert door de ontwikkeling van eicellen en embryo's te stimuleren.

C16:0 stimuleert daarentegen de omzetting van voedingsstoffen naar melk, en dan met name de productie van melkvet. Voeren van dit vetzuur is gunstiger in het midden en het eind van de lactatie, wanneer de conditie van de koe stabiel is. Dit geeft wel aan dat je voorzichtig moet zijn met de aanvulling met dit vetzuur aan het begin van de lactatie.

2. Vet toevoegen is gunstig in de vroege lactatie

Men kan zich afvragen of vetsupplementen moeten worden gevoerd in de vroege lactatie, aangezien lichaamsvet dan wordt gebruikt om energie te leveren. Daarbij moet vooral worden gekeken naar de impact die specifieke vetzuren hebben op de prestaties van de koe in verschillende stadia van de lactatie. Onderzoekers van de Michigan State University in de VS meldden dat verse koeien die gedurende de eerste 24 dagen van de lactatie Mega-Max kregen, een pensbestendig vetsupplement met een verhouding van 60:30 tussen C16:0 en C18:1, melk produceerden met vetgehalte dat 0,33% hoger was dan bij een controlegroep (die geen vetsupplement kreeg), zonder dat dit een negatieve invloed had op de conditie.

"Deze studie toont aan dat wanneer je het juiste supplement op basis van de verhouding vetzuren aanbiedt, de melkproductie kan worden verbeterd zonder dat dit ten koste gaat van de lichaamsconditie", aldus Dr. Kirkland. "Nogmaals, dit komt neer op de impact van individuele vetzuren in verschillende stadia van de lactatie."

 3. Vet toevoegen in een vroeg stadium heeft een gunstig effect op de rest van de lactatie

In de studie van Michigan State produceerden koeien die vanaf het afkalven tot dag 67 van de lactatie werden bijgevoerd met Mega-Max vet, 5,1 liter extra melk per dag, met 0,2% meer melkvet. In de groep waar de vetaanvulling op dag 24 werd stopgezet, bleven de koeien echter meer melk produceren, 2,2 liter extra per dag, tot het einde van de studie op dag 67. Dit wijst op een sterk ‘carry-over effect’ van de vet toevoeging in het begin van de lactatie.

"Hoewel meer onderzoek op dit gebied nodig is, geven deze bevindingen aan dat wat we in de vroege lactatie doen een ‘carry-over effect’ kan hebben met een duidelijke impact op de melkproductie. Bij de kosten-batenanalyse van het toevoegen van vetten aan het rantsoen moeten we er dus rekening mee houden dat de investering in voeding van verse koeien zich later in de lactatie kan blijven terugbetalen", legt Dr. Kirkland uit.

 4. Vetzuren moeten pensbestendig zijn

Om de voordelen van individuele vetzuren te benutten moeten de vetten pensbestendig zijn. Pensbestendige vetten zijn zo gemaakt dat ze de vezelvertering in de pens niet verstoren. Niet-pensbestendige vetten veroorzaken afsterven van een groot deel van de vezelverterende bacteriepopulatie in de pens waardoor de vezelvertering vermindert.

"Pensbestendigheid is van cruciaal belang om vermindering van de vezelvertering in de pens te voorkomen en om ervoor te zorgen dat onverzadigde vetzuren, zoals C18:1, door de pens naar de dunne darm worden geleid voor opname", zegt Dr. Richard Kirkland. "Wij beschermen de pens tegen het vet, zodat de vezelvertering niet vermindert, maar beschermen vetzuren ook tegen het omzetten van onverzadigde in verzadigde vetzuren in de pens, zodat deze naar de dunne darm gaan om door de koe te worden benut."

 5. Korrelgrootte van vetsupplementen is belangrijk

Onderzoek door Volac Wilmar Feed Ingredients aan de Nationale Universiteit van Singapore heeft een significant hogere afbraak van calciumzouten van 'fijne' korrels (<0,5 mm diameter) aangetoond in vergelijking met die van grotere korrels (3-4 mm diameter). Dit is onderzocht onder verschillende condities om typische pH-waarden in de pens na te bootsen.

De vetzuren C18:1 en C16:0 worden standaard in de vorm van calciumzouten aan melkkoeien gevoerd, waarbij is aangetoond dat de korrelgrootte een grote invloed heeft op de mate van pensbestendigheid.

"Aangezien de korrelgrootte van invloed is op het rendement van vetsupplementen, is het belangrijk om te kijken naar het productieproces omdat dit van grote invloed is op de korrelgrootte", legt Dr. Kirkland uit. "De productiewijze van Megalac calciumzouten zorgt ervoor dat het een groot aandeel grotere korrels bevat. Het voeren van deze Megalac calciumzouten is daarom een effectieve manier om de prestaties van koeien te optimaliseren."

 6. Neem beslissingen op basis van uw doelstellingen

Hoewel vet een essentiële energieleverancier voor melkkoeien zal blijven, bepalen individuele bedrijfsdoelstellingen op welke manier melkveehouders ze kunnen inzetten om de prestaties op bedrijfsniveau te verbeteren. "Vet heeft de hoogste energiedichtheid van alle ingrediënten - 2,5 maal meer dan de energieconcentratie van granen. Door koolhydraatbronnen te vervangen door vet vermindert ook de productie van methaan, een krachtig broeikasgas", aldus Dr. Kirkland.

 7. Palmolie is een belangrijke bron van C16:0 en C18:1 vetzuren - kies voor een duurzame palmolie

De meeste plantaardige oliën bevatten over het algemeen één specifiek vetzuur dat het meest voorkomt. Palmolie is de voornaamste bron van palmitinezuur, hoewel het daarnaast ook aanzienlijke hoeveelheden C18:1-vetzuur bevat. Bij de keuze van palmolie is het belangrijk om te letten op een duurzame teeltwijze en oogst, en teelt waarbij gegarandeerd geen ontbossing, geen ontvening en geen uitbuiting van mensen en lokale gemeenschappen plaatsvindt. Dit zou een basisvereiste moeten zijn (het vaak genoemde NDPE-beleid). De certificering van grondstoffen door de Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO) draagt bij aan een duurzame palmolieketen en maakt het mogelijk palmolie te leveren die voldoet aan normen zoals 'Mass Balance' en 'Segregated'.

Meer dan 40% van de wereldwijde plantaardige olieproductie is afkomstig van palm, waarvoor slechts 7,5% van het land voor plantaardige oliegewassen wordt gebruikt. Een groot deel daarvan wordt verbouwd door kleine boeren, voor wie het gewas essentieel is om te voorzien in de basisbehoeften zoals voedsel, elektriciteit, onderwijs en gezondheidszorg.

"De RSPO werkt rechtstreeks met telers samen om de productiemethoden te verbeteren - en ziet tegelijkertijd erop toe dat in de hele toeleveringsketen aan de duurzaamheidsnormen wordt voldaan. Aangezien palmoliederivaten de basis vormen voor de meeste van onze pensbestendige vetten, is dit duurzaamheidsbeleid essentieel voor Volac Wilmar Feed Ingredients. Zo kunnen wij boeren blijven voorzien van de middelen om de efficiëntie op hun boerderijen te verhogen zonder het milieu in gevaar te brengen”, zegt Dr. Kirkland.

"Door het effect van specifieke vetzuren in verschillende lactatiefasen te begrijpen, kunnen vetsupplementen worden gebruikt om de prestaties van de veestapel te optimaliseren, terwijl ze ook dienen als een essentiële, geconcentreerde energiebron", besluit Dr. Kirkland.